1
1
2-300x75
3-300x75
4-300x75
5-300x75
6-300x75

Vriendelijk bos

11 apr, 2024 Onderdeel van paysages | Reacties uitgeschakeld voor Vriendelijk bos

Column door Caspar Visser ’t Hooft

Netflix deugt niet. Goede films en series worden steeds zeldzamer. Je hebt van die dagen dat je ’s avonds te moe bent voor een boek. Je denkt: dan maar Netflix. Ja, en dan komt het maar al te veel voor dat je er langer over doet om een keuze te doen in het aanbod – en maar zappen! – dan om naar de uitverkoren film of aflevering uit het ‘seizoen’ te kijken, in het geval je überhaupt tot een besluit bent kunnen komen. En dat te meer omdat je het vaak al na een half uur voor gezien houdt. Waardeloos! Tijd verpest. En dan heb ik het niet alleen over het obligate geweld in de films, en het feit dat de acteurs niet in staat schijnen te zijn rustig met elkaar te praten, maar steevast schreeuwen, snauwen, op z’n best hakkelen. Nee, wat mij stoort is dat zo manifest is dat bij het maken van de films ideologische criteria zijn gehanteerd: zoveel procent vrouwen in dominante posities, zoveel procent gekleurde mensen, zoveel procent LGBT enzovoort. Niets tegen die categorieën lieve mensen, ’t is dat ze je zo door de strot worden geduwd. Nieuwste versie van het drukkende dominees-moralisme. En dan, nog irritanter: wanneer in de films bossen voorkomen, dan zijn die bossen altijd – maar dan ook altijd – oorden van narigheid en mistig griezelen. Je hebt er altijd mensen die, achtervolgd, voor hun leven rennen. Er wordt altijd wel een of ander ontbindend lijk gevonden. En hoe dan ook, die bossen hebben zonder uitzondeing iets grimmigs. Wat mij betreft, ik ben het hier niet mee eens. Bossen zijn oorden van vrede, van stil geheim, bossen zijn vriendelijk.

Lees verder »

Onbeschreven stad

15 mrt, 2024 Onderdeel van paysages | Reacties uitgeschakeld voor Onbeschreven stad

Column door Caspar Visser ’t Hooft

Waarom komt Nice zo weinig voor in de literatuur? Je zou zeggen, zo’n prachtige stad… Zo’n adembenemend mooie omgeving… Ik denk hierbij aan de grote schrijvers, niet aan de gelegenheidsliteratuur – die ook goed kan zijn, dat bewijst bijvoorbeeld de succesvolle trilogie van Max Gallo La baie des anges. Ja, die ook goed kan zijn, maar niet meer dan dat, omdat het de oorspronkelijkheid mist van sommige werken van La Clézio, Modiano of Romain Gary. Waarom ik deze drie auteurs noem? Omdat in een aantal van hun romans en novellen Nice wel degelijk voorkomt – maar dan een Nice ‘in mineur’. Le Clézio heeft in Nice zijn schooltijd doorlopen, in zijn autobiografische roman Révolutions komt hij er rond voor uit dat hij eigenlijk altijd een hekel heeft gehad aan die stad. Dimanches d’août van Patrick Modiano speelt zich ook grotendeels af in Nice, maar dan in een Nice waar het continu regent. En tenslotte Romain Gary – ja, hij hield van Nice. In La promesse de l’aube beschrijft hij zijn aankomst daar als dertienjarige jongen. Zijn moeder en hij hadden daarvoor in het noordelijke Wilno gewoond. Het is een mooi boek, de stijl van Gary is weergaloos, sprankelend van de humor, maar voor een beschrijving van stad en omgeving moet je niet bij hem zijn. Het eerste wat hij deed na aankomst in Nice, was op zoek gaan naar de zee. Een zaligheid, toen hij hem daar blauw zag opglimmen! En toen dat blauw even later ‘zijn tenen kwam likken’! Dat is alles. Goed, je voelt dat je in Nice bent, een grote schrijver hoeft geen reisgids te zijn. Het blijft me lichtelijk verbazen, waarom zo weinig over Nice zelf?

Lees verder »

Terug naar de Stichtstraat – Paul Gellings

21 feb, 2024 Onderdeel van besprekingen | Reacties uitgeschakeld voor Terug naar de Stichtstraat – Paul Gellings

Bespreking door Schrijver in Frankrijk

Een Amsterdamse nieuwbouwbuurt in de jaren van de wederopbouw. Kinderen spelen op straat, buren houden elkaar in de gaten, de boompjes aan de kant van de weg zijn nog jong en pril, verderop ratelt de tram langs, voorbij de wijk begint een zanderig no-mans-land, waar nog gebouwd moet worden, ook een vaart… Bij mij wekte de Paul Gellings’ beschrijving oude herinneringen op – ja, zo was het! Er was nog zo weinig, er moest nog zoveel komen. De wijze waarop Paul Gellings de sfeer uit die tijd weergeeft – soms met maar een paar woorden – is weergaloos.

Lees verder »

Geest

25 jan, 2024 Onderdeel van poésies | 2 Reacties»

Ineke Holzhaus brengt een groot deel van het jaar door in de Berry. Ze is schrijver en theatermaker, acteerde, schreef en regisseerde bij diverse theatergezelschappen, maakte hoorspel voor radio en de HoorSpelFabriek en publiceert gedichten. In 2008 debuteerde ze met de dichtbundel Hond in Pompeï. In 2011 verscheen de bundel Waar je was, en in 2015 Bovengronds. Haar bundel Blijven en weggaan kwam in december 2016 uit. De cyclus De tuin van Nolde die daarin voorkomt werd bekroond met de Hofvijverpoëzieprijs. In oktober 2018 verscheen bij Ambo/Anthos haar eerste roman: Geef mijn vader. In het onderstaande gedicht (dat voorkomt in de recent uitgekomen bundel In licht) wordt een beeldengroep vermeld van de fascinerende Franse beeldhouwer Christian Lapie. Zijn werk is op vele plekken in Frankrijk en daarbuiten te zien.

Lees verder »

Mijn naam

17 jan, 2024 Onderdeel van pensées | 3 Reacties»

Column door Caspar Visser ’t Hooft

Al meer dan drie-en-dertig jaar woon ik in Frankrijk en nog steeds krommen bij mij de tenen wanneer Fransen mijn naam uitspreken: Vissèèretoeft – Vissèretèèhoeft – Wissèretehoef… Afschuwelijk, dat toeft! En nog erger, dat Vissère, omdat het net zo klinkt als het Franse woord voor ingewanden, ‘viscères’. Ik ben dus Meneer Ingewanden-Toeft. Niemand die zo snel-snel-snel met zijn voornaam voor den dag komt als ik: Noem mij maar Gaspard. En dan een grapje (om losjes te doen, terwijl ik het niet ben): Van mijn achternaam krijgen jullie alleen maar last van je keel, het is voor jullie, Fransen, niet uit te spreken. Gelukkig gaat in Frankrijk het noemen van de voornaam niet als vanzelfsprekend met het tutoiement gepaard. Want daar ben ik niet van gediend. Ik blijf ‘u’, ook in mijn hoedanigheid van Gaspard. Dit Gaspard is trouwens het enige lichtpuntje in deze misère. Aan deze Franse versie van mijn voornaam heb ik altijd een voorkeur gehad. Hier ligt héél oud zeer aan ten grondslag. Toen we in de eerste klas van de lagere school voor het eerst het alfabet moesten kunnen opzeggen, hielden mijn klasgenootjes bij hoog en laag vol dat ik eigenlijk Saspar heet. Waarom? Omdat je de ‘c’ als een ‘s’ uitspreekt. Ik volhouden: Nee, het is Kaspar, ook al schrijf je het met een ‘c’. Tevergeefs. Bestaat er zoiets als een naamcomplex?

Lees verder »