Parijs 1972
13 feb, 2014 Onderdeel van poésiesPaul Gellings is dichter, schrijver en vertaler. Bij Arbeiderspers kwamen enkele van zijn gedichtenbundels uit, zijn romans zijn onder andere Witte paarden (De Geus, 2001), De zomer van Icarus (Passage, 2010) en Verbrande schepen (Passage, 2011). Ook vertaalde hij een keuze uit het werk van de dichter Kopland in het Frans en stelde daaruit twee bloemlezingen samen die beide zijn gepubliceerd door Gallimard: Songer à partir (1986) en Souvenirs de l’inconnu (1998). Twee jaar geleden is hij door het Franse ministerie van Cultuur onderscheiden voor de manier waarop hij al sinds bijna veertig jaar de Franse taal en cultuur onder de aandacht brengt. Vorig jaar verscheen bij uitgeverij Passage de roman Augustusland. Dit gedicht is een primeur.
Metropool in de hitte, hoe donker en hoe hoog
alle stations en kerken, de Tour Montparnasse
nog in aanbouw, de bovengrondse metro
waarin alles nog van gelakt hout was
de goten met hun vlechtwerk van water
de fonteinen in parken, op pleinen
de Seine tussen haar dreunende kaden
gaven geen koelte maar deden pijn aan
je ogen. Een vriend schreef je hierover later
binnen is eindeloos en een uitweg bestaat niet
en toch hoe verloren ook en hoe verlaten
jij die eerste keer over de grands boulevards zwierf
meegesleurd door golven verkeersgeweld
dit was het: zo had je je de wereld voorgesteld