Bericht uit Le Berry
19 jul, 2022 Onderdeel van poésiesIneke Holzhaus brengt een groot deel van het jaar door in de Berry. Ze is schrijver en theatermaker, acteerde, schreef en regisseerde bij diverse theatergezelschappen, maakte hoorspel voor radio en de HoorSpelFabriek en publiceert gedichten. In 2008 debuteerde ze met de dichtbundel Hond in Pompeï. In 2011 verscheen de bundel Waar je was, en in 2015 Bovengronds. Haar bundel Blijven en weggaan kwam in december 2016 uit. De cyclus De tuin van Nolde die daarin voorkomt werd bekroond met de Hofvijverpoëzieprijs. In oktober 2018 verscheen bij Ambo/Anthos haar eerste roman: Geef mijn vader. Het gedicht dat hier volgt zweeft tussen proza en poëzie in. De bundel waarin het is opgenomen zal verschijnen bij AzulPress met de titel In licht. Dit gedicht is een primeur.
.
Ik zag een vrouw in Afrika, in Swaziland, ze werkte in hotel
The Old George, had een mutsje op zoals de dienstmeisjes
ooit in het Victoriaanse Engeland. Ze liep al jaren over het erf
dat stoffig was in het droge seizoen, haar donkere lichaam
zwaar, maar daarin draaide nog de soepele danseres rond
die ze eens was. Ze sleepte voetje voor voetje haar slippers
over het pad, verdeelde beheerst haar energie over de eindeloze
werkdag. Laat zij mijn lerares zijn nu de droogte de tuin inkruipt,
rozen laat verdorren na één dag, het blad van de kers laat hangen.
Leer mij zo lopen, mijn hoofd bedekken, planten zuinig water
geven aan de voet, het gras horen knisperen en blijven geloven
dat de regen komen zal. Vlinders en vogels uit verre streken strijken
neer, sprinkhanen verlaten de woestijn en eten hier nog sappig blad;
onder zomerhoeden lijken we op de rossige schilder die de warmte
slecht verdroeg toen de zomers milder waren. De lucht is vandaag
vol scheuren, rafelig wit in het blauw als bandensporen op de snelweg,
daar vliegen zwaarbeladen machines op weg naar zuurstokkleurige
zwembaden uit een folder van de supermarkt. Laat mij vertragen
en de uren langzaam verorberen, voetje voor voetje langs bloeiende
bermen gaan, bedachtzaam van schaduw naar schaduw; de wielewaal
verstopt zijn gele veren maar je kunt hem horen, mussen zijn er te over
en de koeien grazen buiten, ze mogen blijven in het stoppelige gras
dat ze liggend herkauwen, en dat in de volgende wei al tot bollen hooi
is opgerold, voor de koeien bomen genoeg om onder te schuilen.