Kasteel in Dordogne
11 dec, 2023 Onderdeel van paysagesColumn door Caspar Visser ’t Hooft
Geen streek zo rijk aan kastelen als de Dordogne. Beynac, Castelnau, Montfort, L’Herm, Commarque, Biron, Hautefort, Les Milandes… Ja, en van al deze kastelen is dit laatste exemplaar, Les Milandes, nationaal, en zelfs internationaal gezien het meest bekend. Het is een juweel, het prototype van een ‘echt’ kasteel. Vraag je aan een kind om een kasteel te tekenen, dan is er grote kans dat het resultaat op Les Milandes lijkt. Wat zullen destijds de twaalf adoptiefkinderen van Josephine Baker er trots op zijn geweest dat ze in zo’n kasteel mochten wonen! Ze waren van zeer diverse origine. Dat had de wereldberoemde variétéartieste zo gewild. Ze had het over haar ‘regenboog-clan’. Toen wij Les Milandes ontdekten, was het kasteel al sinds drie jaar niet meer van haar. De kinderen hadden elders onderdak gevonden. Ze hadden plaats gemaakt voor ons, dat wil zeggen voor mij en voor mijn broer, zuster, neven en nichten. We waren in die zomer van 1972 tussen de zeven en dertien jaar oud. Als we voor de verandering niet naar ons strandje gingen, aan de rivier, zwommen we in het zwembad van Les Milandes.
Gratis zwembad
Het was bij toeval dat mijn ouders erachter kwamen dat je zomaar van dat zwembad gebruik kon maken, gratis op de koop toe. Ik geloof dat we nooit helemaal begrepen hebben hoe dat kon. Je mocht niet in het kasteel, het was privébezit, maar het stuk terrein ernaast, met het zwembad, was voor iedereen toegankelijk. Er was een hek met een hefboom, maar die mocht je zelf optillen, en daarna kon je je auto op een grasveld parkeren. Er waren nooit veel auto’s. Weinig mensen waren op de hoogte van wat je beslist een buitenkansje kon noemen. Ik herinner me het kasteel, met ervoor een stenen terras met bloemen in potten. Het geheel maakte een lichtelijk verwaarloosde indruk. We installeerden ons onder een grote boom, klapstoelen, handdoeken, picknickspullen, en wanneer we niet zwommen en we toch wat wilden bewegen, liepen we naar een houten balkon dat boven de Dordogne hing. Het hout was hier en daar vermolmd, de planken kraakten. Ik herinner me hoe we vanaf dat balkon in de rivier een dikke slang zagen voortkronkelen.
Josephine Baker
Mijn ouders wisten natuurlijk van Josephine Baker af, ze wisten dat Les Milandes jarenlang haar lievelingsverblijf was geweest. Maar van wie het nu was? Geen idee. En we bleven het merkwaardig vinden dat je zomaar in een keurig onderhouden zwembad met schoon water, vol chloor, mocht komen zwemmen. Elke zomer opnieuw – als ik het me tenminste goed herinner – tot de laatste toe die we in de Dordogne doorbrachten. Dat was in 1976. Daarna vervluchtigde onze belangstelling voor dit kleine mysterie. Andere horizonten hadden zich voor ons geopend. Nu Josephine Baker weer volop in het nieuws staat, omdat ze kort geleden – als eerste zwarte vrouw – in het Panthéon in Parijs is bijgezet, wordt er in de bladen weer van alles over haar geschreven. En zo lees ik dat ze tegen het einde van de zestiger jaren volkomen aan lager wal was geraakt en ze daarom Les Milandes had moeten verkopen. Het werd in 1968 ver onder de waarde ervan van de hand gedaan. Josephine Baker kon zich bij deze min of meer gedwongen verkoop niet neerleggen, ze barricadeerde zich in de keuken, en ze kon volgens de wet daar niet zomaar worden uitgezet. Op een winteravond toen ze naar buiten ging om water te halen, liet de nieuwe eigenaar snel de keukendeur vergrendelen zodat ze niet meer naar binnen kon. Ze moest de nacht doorbrengen op het terras, buiten, waardoor ze ziek werd en de volgende dag naar het ziekenhuis moest worden afgevoerd. Josephine Baker had gelukkig veel invloedrijke vrienden, onder wie prinses Grace van Monaco, die haar een mooi appartement in Roquebrune aanbood waar ze voor de rest van haar leven gratis mocht wonen. Ze overleed in de ochtend van 24 maart 1975, nadat ze daags tevoren de ster was geweest op een gala waar de crème van de Parijse artiestenwereld aanwezig was. Een veelbewogen bestaan voor een zwart meisje geboren in een arm gezin uit het diepe zuiden van de Verenigde Staten. Variétéster in de ‘roaring twenties’, verzetsheldin, strijdster voor gelijke rechten van gekleurde mensen, nu eens rijk, dan weer aan de grond, tot op het laatst populair…
Les Milandes
Zou het kunnen dat de nieuwe eigenaar van het kasteel – degene die Josephine uit de keuken had gejaagd – niet zo goed wist wat hij met zijn bezit aan moest? Misschien wilde hij het exploiteren, maar vreesde hij een slechte pers. Juist omdat hij Josephine Baker zo had gebruuskeerd en omdat het wel duidelijk was dat de algemene sympathie naar haar uitging? Hoe dan ook, dat was de indruk die in de jaren zeventig Les Milandes op ons maakte, het geheel wachtte op een bestemming, en in de tussentijd konden mensen vrij in het zwembad ploeteren. Het kasteel en het park eromheen hebben intussen een bestemming gevonden: museum, restaurant, attracties (waarbij met name roofvogels een rol spelen). Tik Les Milandes maar op internet. Het ziet er allemaal even spik en span uit. In mijn ogen té… Ik zie mijn broer en mijn neven nog bommetjes maken, vlak bij een mevrouw met een opzichtige bloemenbadmuts en een zonne-vlinderbril, die achterover op een plastic matras in het zwembad ronddobberde. Ze ging nooit met haar hoofd onder water, nu kreeg ze water over zich heen gespetterd. Totdat mijn ouders riepen dat de jongens ermee op moesten houden – al vonden ze zelf ook dat die mevrouw een beetje precieus was. In water word je nu eenmaal nat.
Deze column komt ook voor in mijn derde Frankrijk-bundel Frankrijk in 50 nuances (Van Dorp/Grenzenloos 2022)