Fontein
2 jul, 2021 Onderdeel van prosesColumn door Caspar Visser ‘t Hooft
Iemand had me het boek aangeraden, The fountain van Charles L. Morgan. Ik had al vagelijk eens van deze schrijver gehoord. Ik meen me zelfs te herinneren dat bij mijn grootouders een boek van deze Engelse romancier in de kast stond. Het oeuvre van Charles Morgan was vooral in de jaren dertig en veertig van de vorige eeuw populair. Ook in Frankrijk werd de schrijver gevierd. Een vertaling van The fountain (Fontaine) werd er meerdere malen heruitgegeven. In Nederland moet de schrijver minder bekendheid hebben genoten. Ik ben nergens een Nederlandse vertaling van zijn roman tegengekomen, in een tweedehands boekwinkel bijvoorbeeld, maar het kan zijn dat ik niet goed heb gekeken. Hoe dan ook, ik heb het boek in handen, ik begin te lezen, langzaam kom ik erin, en ik blijf erin. Geboeid. Het verhaal van een Engelsman die in Nederland warmloopt voor de Franse cultuur. In Nederland!
Engelse officier
Ik ben in de huid gekropen van een Engelse officier die door oorlogsomstandigheden in Nederland is geïnterneerd. We leven in het jaar 1916. De officier mag zich gelukkig prijzen dat hij zich in het neutrale Nederland bevindt en niet op een slagveld in Vlaanderen of bij de Somme. Die buitenlandse militairen die in ons land in een soort quarantaine zaten, hadden geen slecht leventje. Een poos lang moesten ze een (niet ongezellige) gevangenschap uitzitten op een fort genaamd Wierickerschans, daarna mochten ze zich vrij in het land bewegen, een erewoord dat ze de grens niet zouden overschrijden werd door de Nederlandse overheid als afdoende garantie beschouwd. O tempora, o mores! De Engelse officier met wie ik me al lezende identificeer maakt van zijn relatieve vrijheid gebruik om geregeld bezoeken te brengen aan bekenden op een Gelders kasteel. In het boek heet het kasteel Enckendaal. Het begint met een wandeling in een park. Een allee komt uit op een groot vijvercomplex. Een van de vijvers ligt iets hoger dan de andere, een cascade verbindt deze hogere vijver met de lagere, waarin hij zijn water uitgiet. Vanuit de vijver spuit een fontein omhoog, ook een plompe toren rijst eruit op. Deze toren vormt een van de zijden van een classicistisch gebouw. Ik denk: maar dat is kasteel Rozendaal! Bij Velp!
Rozendaal
Het blijkt te kloppen. In een artikel lees ik dat de roman van Morgan voor een belangrijk deel op eigen ervaringen waren gebaseerd. Ook hij was tijdens de Eerste Wereldoorlog als Engels officier in Nederland geïnterneerd. Ook hij mocht op erewoord rustig door het land toeren, waarbij hij vaak te gast was op – ja, kasteel Rozendaal, bij de familie Van Pallandt. Sommige karakters die in The Fountain voorkomen schijnen direct door leden van die adellijke familie te zijn geïnspireerd. Ik vind dit natuurlijk aardig om te lezen, maar wat mij nog het meeste boeit is het volgende: op kasteel Rozendaal maakte Charles voor het eerst kennis met de Franse taal en cultuur. En dit is natuurlijk merkwaardig… Niet zo merkwaardig wanneer je bedenkt dat men tot voor kort in onze hoogste standen het Frans vaak perfect beheerste en men er de Franse cultuur hooghield en de ontwikkelingen daarbinnen van nabij volgde. Volgens het artikel was het een stokoude en blinde Mevrouw Loudon, geboren Van Pallandt, wonende op Rozendaal, die Charles Morgan inwijdde in de Franse literatuur van de negentiende eeuw. Dit zou het begin zijn geweest van een grote liefdesrelatie van de schrijver met Frankrijk. Is dit de reden waarom zijn roman zo populair werd in Frankrijk, omdat iets van zijn affiniteit met de Franse geest erin doorschemert? Van de algemene nivellering in ons land is het Frans het grote slachtoffer geworden. Jammer, we hadden ook naar het Frans toe kunnen nivelleren, in plaats van naar het platte anglo-dutch dat jan en alleman nu in de mond ligt bestorven. Onze politici spreken geen Frans meer, wie was de minister die zei dat Frankrijk een fijn land was – als je de Fransen maar wegdacht? Misère!